Meestal gaan deze blogs over de ervaringen van patiënten die ziek zijn, of over bepaalde fenomenen die ons opvallen in de wereld van het Rode Kruis Ziekenhuis. Minder vaak gaan ze over de manier waarop mensen proberen om te gaan met het ziek-zijn. Maar vandaag wel.

Ik trof een mevrouw die net zo geel was als de therapeutische anti-slipsokken die ze aanhad. Ze had net slecht nieuws gekregen, al was nog niet duidelijk wat dit precies zou betekenen. Dat bracht veel onzekerheid met zich mee. En toch bespeurde ik bij haar een zekere mate van optimisme en vertrouwen – in het kunnen omgaan met wat er ook komen zou. Ik vroeg haar hoe dat zo gekomen was.

Als jonge vrouw werd ze aangereden door een bromfiets – het ouderwetse equivalent van de fatbike. De klap was zo hevig dat haar been letterlijk rechtsomkeert maakte. Door een foutieve behandeling en langdurige herstelwerkzaamheden bleek haar been uiteindelijk enkele centimeters korter dan het andere, en werd het vastgezet. Bewegen was sindsdien nauwelijks meer mogelijk.

Er volgden grote veranderingen. Mevrouw kon haar werk als interieurverzorger in het ziekenhuis niet meer voortzetten en moest noodgedwongen op zoek naar andere mogelijkheden.

Wat haar hielp in die zoektocht? Blijven praten over haar situatie. Openstaan voor adviezen van experts en lotgenoten. En: doorzettingsvermogen. Telkens opnieuw zoeken naar manieren om de gewone dingen te blijven doen, ondanks de voortdurende pijn in haar onderbeen.

Met deze vaardigheden wist mevrouw opnieuw betekenis te vinden. Ze gaat nu twee dagen per week naar een zorgboerderij en is daar verantwoordelijk voor het onderhoud van de koeienstal. Rolstoelvegen bij de koeien, de interactie met de dieren en de collega’s op de boerderij geven haar een gevoel van verbinding. Ze levert opnieuw een bijdrage – aan het leven van haar collega’s én aan de dieren die op haar vindingrijkheid en volharding vertrouwen.

Enkele jaren geleden sprak op een congres van geestelijk verzorgers een spreker over zijn favoriete campingplaats, als metafoor voor het paradijs. De plek waar je naar uitkijkt. Waar je je thuis voelt. Waar je hoort. Zo’n plek vinden of creëren kost vaak moeite. Misschien is het wel die drang die ons binnenkort weer massaal over de grens stuurt: vakantie, op zoek naar het metaforische paradijs.

Maar deze mevrouw heeft het gevonden – gewoon in de buurt. Vanuit de wens om opnieuw iets te maken van haar leven, met alle veerkracht die ze in zich draagt. En die ervaring geeft haar het vertrouwen om ook de onzekere tijd die voor haar ligt aan te kunnen.

Ik wens u een hele goede zomer toe. Dat u mag komen op plekken waar u behoort.

Hartelijke groet namens de vakgroep geestelijke zorg,
Ben Rumping